dinsdag 3 mei 2011

Wit Rusland

Maandagmorgen nog even tanken om de laatste Zloties weg te werken en dan crossing borders met Belarus, Wit Rusland. Blijmoedig passeren we snel de eerste controle, Polen uit. Iets te optimistisch, want dan begint het pas. Bij de eerst volgende post – hoe groter de pet, hoe kleiner het mannetje – worden alle gegevens genoteerd van de motoren. Een soort exportcontrole. Dan een behoorlijke rivier over (wie wil er weer googelen naar de naam) en rijden we de Wit Russische fuik in. Het enige voordeel is, is dat je met de motor alles en iedereen mag passeren. We spreken een groep Belgische camperreizigers die al vanaf 7 uur bezig zijn, wij beginnen rond half 10. Het is echt ongelooflijk, een heel blik mannen en vrouwen en verschillende uniformen houden de bureaucratische raderen draaiende. De één na de ander komt bij ons lang, vraagt wat paperassen en geeft ons er later weer wat voor terug. Naar een hokje voor een vervangend verzekeringsbewijs (2 euro), een vervangend kentekenbewijs, etc. etc. Je krijgt gewoon een heel nieuw setje papieren en wee je gebeente als je het kwijt raakt. Wat één van ons inmiddels is overkomen, een tijdelijk immigratiebewijs.

Na anderhalf uur kan ik met het eerste groepje de grens echt oversteken. Oh, nee, er staat nog een grote pet. Deze neemt het formuliertje in met alle stempeltjes dat bewijst dat je alles met goed gevolg hebt afgelegd. We zijn kennelijk geslaagd en mogen doorrijden.Met volle teugen genieten we van de nieuwe indrukken:  immense woonblokken in aanbouw, langzame linksrijders, nieuw verkeersborden, kerken met mooie gekleurde uien, mooi versierde begraafplaatsen, dorpjes met kleine houten huisjes en natuurlijk onleesbare borden en namen.  

  
Het kaartmateriaal op mijn Garmin laat het afweten. Ergens in het downloadproces is toch iets mis gegaan. Niet getreurd, de escorte van Martijn en Jaap brengt mij prima en gezellig door een prachtig groen landschap en uiteindelijk zelfs pal voor de deur van het hotel in Minsk.
In een plaatsje met een onuitspreekbare naam  stappen we gewapend met ons ‘point-it’ boekje op een tentje af midden op een groot plein. Terwijl Jaap zijn motor netjes aan de kant van de weg zet, hebben Martijn en ik ons eerste handen en voetengesprek met de politiek. Het loopt gelukkig goed af. Zoals echte motorrijders, willen we de lunch genieten met veilig zicht op onze motoren. De beide  agentjes (hadden ze ook een grote pet, ik weet het niet meer, zal toch wel een beetje geschrokken zijn), vinden het toch niet zo’n goed plan dat we ze midden op plein parkeren. We lachen vriendelijk, steken onze duim op dat we het hebben begrepen en volgen de aanwijzingen op. Koffie, broodjes, het gaat allemaal lukken. De mensen zijn aardig en behulpzaam. Uiteraard maak ik m’n eerste rondje met de camera. Al die indrukken vragen erom om vastgelegd te worden.

De volgde uitdaging is tanken. Een enorme vlakte met vier pompjes erop. Welke zou de goede zijn. Op één pomp ontdekken we iets met 95. Dat klinkt goed. Er komt geen benzine uit de slang. We moeten eerst betalen en dan tanken. We schatten wat we nodig hebben en zetten alvast de derde motor klaar voor het geval het toch teveel blijkt te zijn. Ook hier doet ‘point-it’ wonderen en al gauw kunnen we weer verder. Honderdduizend roebels armer . . . . 85 cent per liter rekenen we later uit.


 Nadat iedereen is binnengedruppeld en opgeknapt door de warme douche (het mag overdag een graadje warmer) op weg naar een Wit Russisch restaurant. Toch lekker dat Dafne zich goed kan redden in deze talen.  Salade, soep en vlees worden in grote schalen voorgezet. Ik nuttig mijn eerst bord borsjt. Roze, koude bietensoep met veel dille. Ziet er spannend uit en smaakt uitstekend.
Op  de achtergrond een luide band, want er is een feestje gaande. Zoals ook op straat veel uitdagend geklede dames met zeer hoge hakken.  Er is hier een groot vrouwenoverschot want veel mannen trekken weg om elders te werken of zijn te dronken om aantrekkelijk te zijn voor de vrouwen.


Dafne wisselt tips uit om met de politie om te gaan. Eigenlijk moet je ze altijd een stap voor zijn. Denk je dat ze je aan willen houden, rijd dan recht op ze af en doe of je hun wat wil vragen (de weg naar een benzinestation bijvoorbeeld). Herhaal elke vraag en antwoord drie keer, blijf blij lachen, bewonder hun uniform , bedank ze hartelijk voor de hulp en rijd dan weg. Ik ben benieuwd of ik dit toneelspel kan spelen als het zover is, het zal wel meer "I know nothing I’am from Barcelona" worden. Mocht het allemaal niet helpen ga dan vooral onderling praten over de ambassade en ga in ieder geval met iemand anders of Dafne bellen alsof het de ambassade is. Schrijf hiervoor het nummer van hun badge op en waarschijnlijk gaan ze een beetje bleek wegtrekken. Hopelijk hoeven we het niet al te vaak te oefenen.


Morgen geen motor onder de kont. Een dagje slenteren door de stad, mooi aan de rivier, is een welkome afwisseling na alweer krap de eerste 2.000 km!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten